Skip to main content

Fabrieksbezoek 6, 7 en 8 oktober 2005

Het bezoek werd ons erg gegund dit jaar, want het weer was prachtig. Na een voor ieder probleemloze rit vanaf vele plaatsen in Nederland, waren de deelnemers rond dinertijd aanwezig in het Novotel in Stuttgart. Een enkeling had zelfs nog tijd voor een inleidend drankje in het hotel. Stipt 19.00u werden we door een bus opgehaald voor een diner dat werd aangeboden door de Porsche fabriek. Gastheer Volker Spannagel had nog twee oud-collega's opgetrommeld namelijk Paul Hensler, die lange tijd verantwoordelijk was voor de motorenontwikkeling en Peter Falk, die verbonden was aan de race-afdeling.

Het eten was heerlijk, de drank prima, de conversatie geanimeerd en de avond daardoor te snel voorbij. Er was zelfs een spontaan en zeer verdiend dankwoord voor organisator (en voorzitter) Gijs van Wagensveld.

Vrijdag vroeg op voor een korte rit naar de fabriek voor een rondleiding. Hier vindt, zo blijkt, een zeer efficient proces plaats in een beperkte ruimte. Porsche zit van oudsher al op deze plaats in Stuttgart en is eigenlijk te groot geworden. Daarom wordt al enige tijd in de hoogte gebouwd. De fabriek bouwt nu alleen nog 997's (zeg maar het jongere broertje van onze 911's) en een paar Boxters voor de afwisseling tot een totaal van 150 per dag. De Boxters worden verder in Finland gebouwd in opdracht van Porsche. Veel bewondering was er voor de enorme logistiek, die vast zit aan het maken van een auto; alle onderdelen moeten steeds op tijd ter plaatse zijn en ze zijn dat (gelukkig) ook. Zo worden de assen door een externe partij aangeleverd en je ziet ze werkelijk net voor montage aangevoerd worden. Een mooi moment is ook wanneer de motor in de carosserie wordt gebouwd (de "Hochzeit" in Porsche termen). We werden geleid langs de assemblage, waar wordt gewerkt volgens het Japanse kai-zen principe, een principe dat de werknemers betrokken en scherp moet houden waardoor fouten minder voorkomen. Dit systeem dat door de huidige voorzitter van Porsche, Wendelin Wiedeking, is geïntroduceerd werkt prima. Tenslotte mochten we nog kijken bij de motorenbouw en de (niet aan het leer komen!) interieurafdeling, waar de huiden met een waterstraal op maat worden gesneden. Daarna weer een goede lunch in het Porsche bedrijfsrestaurant, waarna we gingen kijken bij de restauratie-afdeling. Hiermee probeert Porsche ook het belang dat ze hecht aan de klassieke auto's vorm te geven. Er stond heel wat moois te wachten op een behandeling, zoals een 904 waarvan de eigenaar over twee motoren beschikte. Hij liet Porsche soms de 4, dan weer de 6 cilinder inbouwen. Uit wat werd verteld over enkele onder handen restauratieprojecten, zoals van een 911 en een 914, konden we afleiden dat de prijzen soms die van nieuwe Porsches benaderen. Uiteraard wordt daarvoor wel uitstekend werk geleverd.

Na een bezoek aan de shop voor het aankopen van souvenirs, werd doorgereden naar Schwäbisch Hall. De rit liep voor een deel in de Duitse vrijdagmiddagspits, maar dat had weer als voordeel dat de schrijver van ditstukje toen hij ergens in de file stond, de vraag kreeg of hij belangstelling voor een Porsche 914 had (gegevens over de eigenaar zijn nog verkrijgbaar). Na een (kort) bezoek aan het schitterende oude stadje Schwäbisch Hall kwamen we aan bij het hotel, dat zeer landelijk was gelegen.De parkeergarage was weliswaar niet voorzien van het bord "Porsche parking all others will be towed" (of de Duitse variant daarvan), maar hij was wel voor ons gereserveerd. In het hotel vond (uiteraard) weer een uitstekend en gezellig diner plaats. In het algemeen is het leuke van meerdaagseclubactiviteiten dat je je mede-leden wat beter leert kennen.

Zaterdagochtend redelijk vroeg werd weer vertrokken naar Aschaffenburg, voor een bezoek aan het automuseum Rosso Biancho, waarin de verzameling van de verzamelaar Krause (rijk geworden in de bandenhandel) is ondergebracht. Voorzitter Gijs had geregeld dat we hier op een dag dat ze eigenlijk niet open waren mochten rond kijken. De rit ernaar toe was schitterend, op wegen die voor onze Porsches gemaakt leken te zijn. Hier en daar nog rijdend door een flard ochtendmist kon worden gescheurd, behalve door diegenen die toen dat kon net achter een tractor waren beland. Nadat een aantal meer technische leden dat steeds loeiende alarm van één onzer stil hadden gekregen, kon Rosso Biancho gezamenlijk worden bezocht en konden we ons vergapen aan prachtige Ferrari's, Bugatti's, Lagonda's, Aston Martin's en nog veel meer. Het fabrieksbezoek werd afgesloten met een lunch in een nabij gelegen dorp, waar men, alweer op voorspraak van Gijs, de tent speciaal voor ons had geopend. Na een spontane aubade van een passerende harmonie werd de lunch besloten en vertrokken de deelnemers huiswaarts.

Volgende keer gaan we weer mee.

Marca en Erik-Jan Huiberts